De koeien van de dorpsslager

De koeienkonten; hoog en dik en bollig
waarlangs de slager driftig lopend passen zet
met hooivork ijverig zwaaiend; op ’t hoofd een witte pet
naast het hek, waarlangs machines traag en knorrig
het pas gemaaide gras in kuilvoerbalen overzet

Gerrie in de koeienstal
Gerrie de Weerd in haar koeienstal (niet die van de slager).

De zon; oranjerood en laag en gloeiend
als vuur zo warm, maar ook zo mild en goed
die ’t gras van deze dag als voedsel dienen doet
straks in de stal, waarin de dikke koeien loeien

In ’t eerste plastic draait de zon haar stralen mee
krankzinnig weddend, dat zij ’t wint van de machine
die harder ronddraait dan de molen met haar wieken
knikkebollend stilstaand achter ’t dorp, de razernij ontvliedend

koeien in de stal
Koeien in de stal.

De balen voer; nu hoog en dik en bollig
staan groen en glanzend, lachend in de zon
machines gaan; verdwijnen loom en lijzig
de koeien slaan hun staarten langs hun volle maan

En alles stil; verlaten en eendrachtig,
de slager slaat zijn blik nog eenmaal peinzend over ’t land
de warm-oranje deken waarin de zon nu is verdwenen
tekent een silhouet; de slager met de hooivork in de hand

koeien in de weide
Koeien in de weide.

De koeien grazen vredig en tevreden
ze slaan de vliegen rust’loos met hun staarten weg
het wintervoer verpakt in de hitte van de dag, kalmeert
terwijl de slager dankbaar huiswaarts keert
tevreden mijmerend, dat deze dag er wezen mag!

.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.

Voor zover ons bekend niet eerder gepubliceerd; de oudste versie van dit gedicht komt uit 2008, maar dat was een scan. Mogelijk werd het gedicht al eerder geschreven. In 2018 maakte Christien een nieuw document aan met een goede opmaak. Voor de publicatie op dit weblog in 2021 koos ze nog bijpassende foto's.